up Gember is vermoedelijk afkomstig uit tropisch india. Het is tegenwoordig een cultuuplant die niet meer in het wild wordt aangetroffen. Het werd als zeer vroeg gekweekt om aan voedsel toe te voegen als smaakstof, ter bevordering van de spijsvertering, ter bescherming tegen ziekten, ter lichaamszuivering en om het voedsel beter te conserveren. Gember was een van de eerste specerijen die europa via Arabië vanuit azië bereikten. Gember wordt in de chinese geneeskunde als yang beschouwd om zijn warme en scherpe kenmerken.
Enkele eigenschappen:
Enkele eigenschappen:
- Maagversterkend: zorgt voor een toename va de maagsapafscheiding met verwarmend gevoel
- Braakstillend: vermeerdert de normale peristaltiek, absorbeert toxines en zuren
- Is infectiewerend op de darm
- Verbetert de spijsvertering, vooral die van eiwitten, verbetert de eetlust en vermindert de darmgasvorming, verhoogt de speekslafscheiding en verbetert de leverfunctie.
- Stimuleert de bloedsomloop, vooral in de huid waardoor je een verwarmend gevoel krijgt en bevordert de hartspierwerking
- Is ontstekingswerend op de gewrichten
- De verse wortel, de gekonfijte of de gekookte wortel kan je gebruiken in vlees, vis, tofu, peul en roerbakgerechten maar ook in soepen, sauzen. Gember kan je in plakjes snijden of in kleine stukjes hakken, malen, kneusen of raspen.
- Ook gedroogde of gemalen gember wordt gebruikt. Het is een onderdeel van de curry-mengeling, maar kan ook gebruikt worden om nagerechten, drank, brood en gebak op smaak te brengen. Gebruik gember niet in gerechten met room als hoofdingredient